Sint-Nicolaaskerk

  • Romaans
  • Eerste helft 13de eeuw, toren 14de eeuw
  • Voorheen hervormd
  • Meubilair, gebrandschilderde glaasjes

Schilderachtig op een afgegraven terp staat de Sint-Nicolaaskerk. De kerk behoort tot de vroegste kerken van baksteen in Friesland. Onderzoek naar het hout in de kap heeft uitgewezen dat 1234 het bouwjaar moet zijn. Het koor is later in die eeuw gebouwd en de zadeldaktoren in de veertiende eeuw.

Het muurwerk van de kerk is bekroond met een fraai rondboog- en keperfries op kraagsteentjes. Verder is buiten een aantal aardige details te ontdekken. Zoals een verdwaalde gele kloostermop met een reliëf van een schaal met druiventrossen en een afdekplaat op de plaats van een in 1997 verwijderde steunbeer met: ‘Hier stond een beer, hij is niet meer’..

De binnenkant is ingetogener, maar wel evenwichtig. Het negentiende-eeuwse meubilair is fraai, net als de zeventiende-eeuwse gebrandschilderde glaasjes in het zuidelijke koorvenster.

+ Meer informatie

Extra informatie:

De schilderachtige Sint-Nicolaaskerk staat op het restant van de afgegraven terp. Het bakstenen schip zal in de eerste helft van de 13de eeuw van gemêleerd rode baksteen zijn gebouwd; onderzoek van het hout in de kap heeft uitgewezen dat gedeelten uit 1234 dateren. De kerk behoort tot de vroegste kerken die van baksteen zijn gebouwd. Het rondgesloten koor is aan het einde van deze eeuw toegevoegd. De kleine rondgesloten vensters, waar hier en daar nog sporen van zijn te zien, zijn vervangen door spitsboogvensters, waarvan weer één is dichtgezet. Daardoor werden steunberen noodzakelijk. Bovendien is in de zuidmuur een rondbogig spoor van een met gele steen dichtgemetselde ingang te zien; in de noordmuur is de huidige, in de vroege 19de eeuw gevormde ingang waarschijnlijk in de plaats gekomen van de oude. Het muurwerk is bekroond met een fraai rondboogfries op kraagsteentjes; bij het koor is het fries kepervormig. Enkele van deze kraagsteentjes zijn bewerkt tot onder meer kopjes en ballen. Even rechts van het eerste zuidelijke venster zit zomaar een gele kloostermop in het muurwerk met een reliëf van een schaal met druiventrossen. Aan de oostzijde zit een vensterspoor half achter een steunbeer, maar iets noordelijker kwam achter een beer een gaaf venster tevoorschijn. Deze beer trok eerder dan dat hij steunde en hij is bij de restauratie in 1995-’97 weggehaald, waarna het overgebleven stompje een dekplaat kreeg met het rijmpje: ‘Hier stond een beer, hij is niet meer’. In de noordelijke koorgevel is toen bovendien een piscina ontdekt. De 14de-eeuwse zadeldaktoren is in 1882 bekapt en beklampt met kleine steen die bij de jongste restauratie geheel moest worden vernieuwd.

Onder het houten tongewelf heeft de kerk een ingetogen interieur met 19de-eeuws meubilair. In het zuidelijke koorvenster zijn vier fraaie 17de-eeuwse gebrandschilderde glaasjes met bloemen en een papegaai verwerkt die afkomstig zijn uit het adellijke woonhuis Ayttastate, dat ten zuiden van de kerk stond. De kerk is eigendom van de Stichting Alde Fryske Tsjerken.

- Minder informatie

Activiteiten

Informatie
Openingstijden
Faciliteiten
100 zitplaatsen
Bezoekersparkeerplaats aanwezig